De Telegraaf voert een hetze tegen Milieudefensie. De timing is
goed. Vorige week, vlak voor de geplande actie om ballonnen op
te laten bij de luchthaven kopt de krant 'BVD vreest terreur op
Schiphol'. Campagneleider Wijnand Duyvendak -'Een leven vol
verzet'- is geen onbekende van politie en inlichtingendiensten,
weet het ochtendblad. Als kraker en bij Onkruit ging hij geweld
niet uit de weg. 'Hij was de uitvinder van het onherkenbaar
actievoeren' zegt een anoniem opgevoerde inlichtingenman.
Bivakmutsen, geheime groepjes, inbraken, en dat zit nu bij
Milieudefensie! Belangrijkste troef van de Telegraaf is een oude
lijst met mogelijke daders van RaRa-aanslagen. Wijnand Duyvendak
staat hooggenoteerd op deze Makro Top-40, op nummer 4.
Wijnands weerwoord, dat hij zich juist altijd tegen gewelddadige
acties heeft verzet, mag niet baten. De toon is gezet. De
politiefoto's - afgebeeld naast die van RaRa-verdachte nummer 1.
Ren‚ R. - maken meer indruk. Dat blijft hangen. En de Tweede
Kamer zet vraagtekens bij de subsidie van Milieudefensie.
Waar kwam die informatie vandaan?
Wijnand Duyvendak is er aanvankelijk van overtuigd dat de
Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD) er achter zit. Hij vertelt
hoe de confrontatie met Martijn Koolhoven van de Telegraaf
verliep. Halverwege een interview over de acties van
Milieudefensie kwam er ineens een heel pak papier op tafel.
Duyvendak: 'Die journalist had veel meer informatie dan hij in
zijn artikelen heeft gebruikt. Hij had allerlei interne stukken,
maar het was nogal hapsnap door de jaren heen. Er zat een artikel
bij dat ik voor Bluf! heb geschreven in 1985, over de rol van
Heineken in Uruguay. Maar dat zat vastgeniet achter een brief van
vakbondsleden onderling over die kwestie. Wie verzamelt zoiets
nou? Een ander voorbeeld. Eind jaren tachtig ben ik een tijdje
lid geweest van de adviesraad van het XminY Solidariteitsfonds.
Daar had de Telegraaf notulen van. Dat kàn toch alleen maar van
de BVD afkomstig zijn?'
'Onzin,' zegt Wil van der Schans van buro Jansen & Janssen,
'waarom zou de BVD iemand in diskrediet willen brengen met
notulen van XminY, een fonds dat subsidies verleent? Hooguit de
timing van de artikelenreeks zou beïnvloed kunnen zijn. Maar de
hapsnap-combinatie van stukken wijst in een heel andere richting.
Die verzameling weerspiegelt de carrière van iemand die zich
Marcel Knotter noemde. Hij infiltreerde de actiebeweging, en
werkte voor het bedrijf Algemene Beveiligings Consultancy (ABC)
van Peter Siebelt in Vinkeveen. Twee jaar geleden is hij
ontmaskerd na een onderzoek van buro Jansen & Janssen.'
ABC is opgericht halverwege de jaren tachtig, de tijd van de
Rara-aanslagen en de Shell-acties. Nederlandse bedrijven met
belangen in Zuid Afrika wilden weten wat hen te wachten stond.
Het aanbieden van interne informatie of risico-analyses bleek een
gat in de markt. Interviews uit de begintijd van ABC laten weinig
aan duidelijkheid te wensen over. Discretie leek toen nog niet
zo belangrijk. Tegen het Parool zei Siebelt in 1986: 'Je hebt
natuurlijk organisaties die door beleggingen in en contacten met
bepaalde landen in de belangstelling staan van terroristische
groepen. (..) Het kan ook zijn dat een bedrijf ten onrechte denkt
gen risico te lopen, maar intussen staan ze er niet bij stil dat
ze geld hebben geïnvesteerd in een omstreden project in Zuid-
Afrika of Israël, om maar iets te noemen. Dan staan ze opeens wel
op een lijst.' Siebelt waarschuwde een half jaar later in een
artikel over bedrijfsspionage in Het Parool voor kopietjes die
in de prullenbak terecht komen. Hij kwam met het verhaal van
'mensen, soms zelfs de directeur, die 's avonds in de
containerbak van de concurrent kruipen om gegevens te pakken te
krijgen.'
Twee jaar geleden werd duidelijk dat Siebelt hier de werkmethoden
van zijn eigen bedrijf beschreef. Bij meer dan dertig
actiegroepen en Derde-Wereldorganisaties werd het oud papier
jarenlang opgehaald door ene Marcel Knotter, zogenaamd voor een
school in Amsterdam. In werkelijkheid bracht hij de dozen met
originelen van faxen, foute fotokopieën en afgekeurde uitdraaien
naar het kantoor van ABC in Vinkeveen. Marcel Knotter bleek in
werkelijkheid Paul Oosterbeek te heten. Hij ging op gezette
tijden langs bij onderzoeksorganisaties die zich bezighielden met
het internationale bedrijfsleven zoals Somo, Transnational
Institute en het Oecumenisch Studiecentrum Osaci (nu Oikos). Ook
Kairos (Christenen tegen Apartheid) en Pax Christi in Utrecht,
en het XminY Solidariteitsfonds behoorden tot zijn klantenkring.
Wil van der Schans was zelf betrokken bij het onderzoek naar de
infiltrant: 'De eerste keer dat Paul Oosterbeek opdook in linkse
kringen was in 1985, bij een vergadering van de
solidariteitsgroep Uruguay. Het onderwerp was Heineken. Na een
staking bij de brouwerij in Uruguay had Heineken iedereen
ontslagen. De solidariteitsgroep wilde die mensen ondersteunen
en probeerde de vakbond in Nederland er bij te betrekken.
Correspondentie daarover is op die bewuste vergadering
uitgedeeld, ook aan Paul Oosterbeek. Omdat de solidariteitsgroep
hem intuïtief niet vertrouwde, is daarna nooit meer een
vergadering aangekondigd in Bluf! Dat die vakbondscorrespondentie
nu weer opduikt, bevestigt het vermoeden dat Paul Oosterbeek
vanaf het allereerste moment met voorbedachte rade bijeenkomsten
bezocht.'
Ook als infiltrant heeft Paul Oosterbeek zijn sporen verdiend.
Hij werkte als vrijwilliger bij Osaci en breidde vandaaruit zijn
netwerk uit. Niemand kwam ooit zijn echte naam of zijn adres te
weten. Wantrouwen werd weggenomen omdat hij genoegen nam met
rotklussen. Als computerdeskundige automatiseerde hij het
ledenbestand en kreeg hij inzage in archieven. Hij wist zich van
bovenaf te parachuteren bij het Shipping Research Bureau, waar
geen journalist of actievoerder ooit rechtstreeks op bezoek kon
gaan. Vanwege het gevoelige onderzoek naar illegale
olietransporten bleef de locatie van het kantoor met grote
geheimhouding omkleed. Niet voor Paul Oosterbeek.
'De hoeveelheid informatie die zo bij ABC terechtkwam is enorm,'
zegt Wil van der Schans van buro Jansen & Janssen, 'Toch was de
schade voor de betrokken organisaties moeilijk in te schatten.
Wie niet direct met een informatielek geconfronteerd was,
probeerde het belang van de ontmaskering van Paul Oosterbeek te
bagatellisen. Dat is te begrijpen omdat bijna nooit
onmiddellijk duidelijk is wat er met de informatie gebeurt.'
Een goed voorbeeld daarvan is de brief van Wijnand Duyvendak aan
van de internationale milieu-actiegroep A Seed, die in het
pakketje van de Telegraaf-journalist zat. Duyvendak schreef de
ongeveer zestig leden van A Seed in 1993 aan, met de vraag of ze
wilden meedoen aan een actie van Milieudefensie. A Seed is
gevestigd in Archipel, een verzamelgebouw aan de Amsterdamse
Minahassastraat waar meerdere organisaties kantoor houden (onder
andere het Nicaragua Comité, de FNV-jongeren en de stichting
Verbiedt de Kruisraketten). Paul Oosterbeek had toegang tot de
opslagplaats van oud papier van de Minahassastraat.
Van der Schans: 'Een infiltrant is niet nodig, A Seed merkt niets
van de diefstal en de brief komt terecht in het ABC-dossier over
Wijnand Duyvendak. En als de tijd rijp is in de Telegraaf.'
De Telegraaf maakte al vaker gebruik van informatie afkomstig van
ABC. Met name 'onze speciale verslaggever' Joost de Haas weet wel
weg met de dossiers van Siebelt. Waar nodig combineert hij zijn
gegevens met de bronnen van verslaggever John van den Heuvel,
diens voormalige collega's bij de Haagse politie.
De waarnemersdelegatie van Parlementariërs tegen Apartheid
(Awepaa), die de verkiezingen in Zuid Afrika ging volgen, werd
in het voorjaar van 1994 door de Telegraaf valselijk beschuldigd
van misbruik van subsidies. Blijkens een hetze-achtig artikel
beschikte de krant over correspondentie tussen Awepaa-president
Jan Nico Scholten en Livi, directeur van de afdeling
Ontwikkelingssamenwerking van de Europese Unie.
Awepaa was in hetzelfde gebouw gehuisvest als het Shipping
Research Bureau. Na dit incident kwam er een ander sleutelbeleid
en een papierversnipperaar. Paul Oosterbeek is nog twee keer
langsgeweest om de zakken snippers op te halen, en werd daarna
niet meer gesignaleerd.
Spectaculair was het stuk De tentakels van RaRa, een produkt van
het duo Joost de Haas en Martijn Koolhoven. Een paginagroot
artikel in de zaterdagkrant, geïllustreerd met een ingewikkeld
schema, suggereert een directe lijn tussen de RAF en de RaRa.
Verbanden tussen een verzameling organisaties en het bestuur van
hun stichtingen wijzen op de voorbereiding van een 'ondergronds
solidariteitswerk'. Met illegale vluchtelingen wel te verstaan.
Dit netwerk wordt, sinds de jongste aanslagen op onder andere
staatssecretaris Kosto, door de BVD aangeduid als het Umfeld van
de RaRa - alles volgens de Telegraaf.
Grondig speurwerk in het stichtingenregister van de Kamer van
Koophandel aangevuld met moeizaam bijeengesprokkeld commentaar
van betrokkenen vormt de basis van dit artikel. De gegevens van
ABC maken het geheel compleet. Een hoofdrol is toebedacht aan het
Autonoom Centrum, waar Paul Oosterbeek een tijdlang regelmatig
over de vloer kwam als vrijwilliger voor een andere organisatie
in dezelfde ruimte. Tevens wordt suggestief geciteerd uit een
interne notitie van het XminY Solidariteitsfonds.
En in deze constructie figureert naast de onvermijdelijke RaRa-
verdachte Ren‚ R. ook 'de bekende activist Hans Krikke'.
Omdat hij een van de weinigen was die de Telegraaf te woord
stond, is zijn aandeel in de tekst onevenredig groot. Hans Krikke
was nadien anderhalf jaar lang slachtoffer van een dwaling van
het recht, verdenking van betrokkenheid bij de RaRa. Uiteindelijk
moest Justitie toegeven dat er geen enkel bewijs was, de zaak
tegen het journalistencollectief Opstand werd geseponeerd.
Uit de politiedossiers bleek dat het Telegraaf-artikel De
Tentakels van RaRa een belangrijke bron voor de verdachtmaking
was geweest. Op een persconferentie van Opstand uitte advocaat
Ties Prakken het vermoeden dat de politie met de Telegraaf onder
één hoedje speelt. Die coöperatie werkt twee kanten op. Prakken:
'In dit geval werd het Tentakel-stuk opgevoerd als
'bewijsmateriaal'. Maar omgekeerd kan ook. Joost de Haas en
consorten publiceren regelmatig details afkomstig uit
opsporingsdossiers. Dat is mij in verschillende zaken gebleken,
en ook nu weer. De politie gebruikt de Telegraaf om cliënten van
mij verdacht te maken. Het wachten is op het moment dat ik die
informatie weer in dossiers tegenkom.'
Dat Siebelt kon beschikken over de Makro Top-40 van de Centrale
Informatiedienst, de CRI, is voor buro Jansen & Janssen niet
verrassend. Uit hun archief komt een stuk uit Stavast, uit 1988.
In het blad van het Oud-Strijders Legioen (OSL) staat: 'Al
geruime tijd circuleert in (laat ik maar noemen) "kringen van de
particuliere inlichtingendienst, belast door de directies van
bedrijven met de bewaking tegen onder meer groepen als Rara" een
lijst met 30 34 namen van lieden die met de branden en de
sabotage aan benzinepompen te maken hebben. Dat lijstje met namen
is ook aan de politie bekend. Ik zou zelfs denken dat het van de
politie afkomstig is.'
Auteur van dit stuk, fulminerend tegen de vrijlating van de
toenmalige RaRa-verdachten, is J.G. Heitink, tot halverwege de
jaren tachtig in de hoofdredactie van de Telegraaf. Heitink is
een uitgesproken voorstander van het apartheidsregime, hij
schreef ook voor het propagandablad van de Zuidafrikaanse
ambassade, en is persoonlijk bevriend met Siebelt van ABC.
Het OSL-blad Stavast had in 1994 een eigen stuk over de
Parlementariërs tegen Apartheid en Jan Nico Scholten. Daarin
stonden meer details afkomstig uit interne correspondentie, dan
in het oorspronkelijke artikel in de Telegraaf.
Het Algemeen Dagblad refereert al eerder, kort na een serie Makro aanslagen eind 1986 en begin 1987, aan het bestaan van deze lijst. De doorgaans goed ingevoerde journalist Michel Thomassen schrijft dat de BVD en de CRI vrij nauwkeurig weten in welke hoek de daders moeten worden gezocht. Het probleem is de bewijsvoering. 'De groep verdachten telt enkele honderden leden, maar justitie concentreert zich op 20 tot 25 man van wat 'de harde kern' van De Beweging, een verzamelnaam voor verschillende groepen activisten, wordt genoemd. Allen weten dat zij op het verlanglijstje van de politie staan en houden er rekening mee dat zij in de gaten worden gehouden.'
Wijnand Duyvendak: 'Het was niet zozeer een lijst, maar meer een
boek. Met drie foto's per persoon, vanuit verschillende posities
gefotografeerd. Wat ik gezien heb waren kopieën van kopieën, vier
mensen op een bladzij.' Nu de Telegraaf een deel uit dat boek
heeft gepubliceerd, is eindelijk duidelijk over welke lijst het
gaat. En dat verklaart een hoop.
Wil van der Schans van buro Jansen & Janssen: 'Deze lijst is
buitgemaakt bij een inbraak bij het Observatieteam Rijkspolitie
West II, vlak voor kerst in 1985. De actiegroep noemde zich
daarom Stille(n) Nacht, Heilige Vracht.' Het meest opzienbarend
toen was de onthulling dat het observatieteam hengelde in de
brievenbus van Radio Stad, om persverklaringen van aanslagen te
onderscheppen. Maar de buit bevatte veel meer gegevens over
observatie van actievoerders verdacht van Rara, onder andere het
boek met de zogenaamde Makro Top-40.
Van der Schans: 'Na de inbraak lag de informatie bijna letterlijk
op straat. Dat maakte de lijst een stuk minder geheim. Het ligt
voor de hand dat het boek daarna is verspreid onder
belanghebbenden, zoals de beveiligingsdiensten van SHV en Shell.
Kennelijk heeft Siebelt hem ook op die manier gekregen.'
Een vraag die blijft liggen is waarom de Telegraaf de foto's van
Hans Krikke, op nummer 25 naar nu blijkt, niet eerder heeft
gebruikt.
Pikant detail. De Makro Top-40 stamt volgens de Telegraaf uit
1984. Dat klopt niet, want toen was er nog geen Makro-aanslag
geweest. Veel waarschijnlijker is de datum op het document dat
in de Telegraaf staat afbeeld: 2 oktober 1985.
Wil van der Schans: 'Het observatieteam heeft deze lijst twee
weken na de Makro-brand in Duivendrecht op 17 september gekregen
van de BVD, via de Bijzondere Zaken Centrale van de CRI. Dat
werpt een heel nieuw licht op de geschiedenis van de opsporing
van de RaRa. Hieruit blijkt dat René R. onmiddellijk na
De meeste RaRa-aanslagen zijn van na die tijd: juli 1986 brand
bij Van Leer in Amstelveen, december 1986 twee op ‚‚n nacht, de
Makro Duiven en herbouwde vestiging Duivendrecht, en nog geen
maand later de Makro in Nuth, januari 1987.
Het zou tot april 1988 duren voor René R. en andere
hooggenoteerden op de lijst werden gearresteerd. Zeven van hen
werden de dagen daarna weer vrijgelaten. René R. werd alleen
veroordeeld voor de brand bij de paspoortenfabriek Elba. Het
weinige bewijs dat er tegen hem was in de Makro-zaken, was
onrechtmatig verkregen. Na het hoger beroep kwam hij vrij.
XminY deed met zes andere benadeelde organisaties aangifte van oplichting en deelname aan een criminele organisatie. Andere mogelijkheden iets te ondernemen tegen deze alternatieve vorm van bedrijfsspionage bood het wetboek niet. De politie nodigde Siebelt en Oosterbeek uit voor een gesprek aan het bureau. Wil van der Schans: 'Echt vrijblijvend was dat niet, beiden werden formeel aangehouden. De verhoren stelden niet veel voor. Uit de processen verbaal blijkt dat ze een aantal vragen kregen voorgelegd, gebaseerd op het onderzoek door buro Jansen & Janssen. Waarop de heren alle aantijgingen ontkenden. En dat was het. Een echte reconstructie is niet gemaakt, de politie nam genoegen met warrige en tegenstrijdige verklaringen.' De officier van Justitie besloot niet tot vervolging over te gaan.
Na de ontmaskering van ABC bleef het een tijd stil. Paul
Oosterbeek lijkt van de aardbodem verdwenen, maar Peter Siebelt
heeft het vak nog niet verleerd.
De directeur van ABC probeerde dit voorjaar in Kroatië vraag te
creëeren voor zijn informatiehandel. Hij meldde zich bij het
dagblad Vjesnik om in een interview te waarschuwen voor het
links-radicale complot dat het nieuwe land bedreigt. Dat gaat
ongeveer zo. Verdedigers van mensenrechten en de vrijheid van de
pers, zoals Press Now en het Helsinki Comité‚ zijn in feite
dekmantels om zieltjes te winnen. Grote man achter de schermen
is Jan ter Laak van Pax Christi. Hij misbruikt al jaren de kerk
als platform voor politieke activiteiten. Nu Nicaragua en Chili
uit de mode zijn verschuift zijn aandacht naar voormalig
Joegoslavië, want daar willen mensen nog wel geld voor geven.
Onder het mom van lessen in democratie, rekruteert Jan ter Laak
nieuwe activisten!
De verbindingen die Siebelt legt zijn voor het lezerspubliek van
Vjesnik misschien wat moeilijk te volgen, maar de grote lijn past
goed in de campagne van de Tudjman-regering tegen onafhankelijke
NGO's in Kroatië.
Siebelt is de schaamte voorbij. Hij laat zich nu in de Telegraaf
met naam en toenaam opvoeren als 'internationaal deskundige op
het gebied van actiegroepen'. Op de golven van de Dutroux-affaire
pakte Joost de Haas onlangs uit tegen de pedofielenvereniging
Martijn. Uitvalsbasis van dit zogenaamde 'ondergrondse
pornonetwerk': Archipel aan de Minahassastraat. Siebelt ziet
meteen een schandalige connectie met Wemos, een groep die actie
voert tegen Nutricia en Nestlé vanwege ongezonde babymelk
gevestigd op het zelfde adres. 'Wemos zit wèl samen met Martijn
in het bestuur van Archipel. Alsof die pedofielen zo goed voor
kinderen zijn...'
Begin dit jaar dook Peter Siebelt op bij een picketline voor de Heinekenbrouwerij tegen de investeringen in Birma, georganiseerd door XminY. Dit keer in de rol van provocateur. Hij duwde iedereen een kopie in handen van het interview met hem uit de Arubaanse editie van het Algemeen Dagblad. Onderwerp: linksradicale complottheorieën. Hij lokte ruzie uit met mensen die hem herkenden en probeerde te beletten dat hij werd gefilmd. Jerry van Small World kreeg zijn eigen camera in zijn gezicht geduwd: 'Het was duidelijk Siebelt's bedoeling met zijn aanwezigheid het geweldloze karakter van het protest te verstoren. Als dat was gelukt had de actie nooit zoveel positieve publiciteit gehad.' De beveiligingsdienst van Heineken stond achter de ramen, en zag geen reden tot ingrijpen.
'ABC als bron van informatie klinkt mij bij nader inzien zeer plausibel in de oren,' zegt Wijnand Duyvendak, 'Het verklaart de willekeur van documenten waar Martijn Koolhoven mee kwam. Het enige verband tussen die stukken was de oud papier-affaire.' Maar echt een geruststelling is het niet te weten dat de inlichtingen op particulier initiatief bij elkaar zijn gesprokkeld. Duyvendak: 'Voor mij is bovendien nog steeds niet uitgesloten dat de BVD iets met deze artikelen te maken had. De Telegraaf citeert immers ook iemand van de Politieke Inlichtingendienst. Ik wil met mijn advocaat uitzoeken of die anonieme opgevoerde politie-functionaris echt bestaat.'