In de paar jaar durende serie Buitenstaander lieten we mensen aan het woord die slapend of helemaal geen vakbondslid waren. We waren geïnteresseerd in hun ervaringen met en hun mening over de vakbeweging en haar activiteiten. Hun verbazing over de gang van de postmoderne vakbeweging was vaak heel verfrissend.
Met dit artikel over Buro Jansen & Janssen is de opvolger van de serie Buitenstaander geboren. Daarin geven groepen die buiten de vakbeweging actief zijn en die we bij verschillende activiteiten van Solidariteit tegenkomen, een indruk van hun werkzaamheden. Deze groepen vormen een deel van het gezicht van wat we eerder Koers 21 hebben genoemd: breder dan de vakbeweging.
De eerste boekjes: de Regenjassendemocratie - over de BVD en actievoerders - en de Vluchteling Achtervolgd - over inlichtingendiensten en asielzoekers - zijn nog steeds te vinden op internet. Voornaamste doel destijds was het bestrijden van paranoia door gedegen eigen onderzoek en grondige analyses. Jansen & Janssen ging met zijn tijd mee en onthulde in 1994 hoe privé-detectives infiltreerden in actiegroepen en informatie, verzameld door het ophalen van oud papier, doorverkochten aan multinationals die onderwerp waren van campagnes. De koppelingswet en andere (Europese) maatregelen tegen asielzoekers en illegalen staan ook hoog op de agenda.
Daarnaast is Jansen & Janssen altijd een steunpunt gebleven voor mensen die onvrijwillig in aanraking kwamen met politie of justitie, vanwege hun mening of hun activiteiten. Bekend voorbeeld daarvan is de arrestatie van de twee journalisten van Opstand, verdacht van RaRa-aanslagen tegen het asielbeleid. Jansen & Janssen hielp hen met het naar buiten brengen van de inhoud van het opsporingsdossier: een volstrekt gebrek aan bewijs. De beschuldiging bleek uitsluitend gebaseerd op gedeeld gedachtegoed en leidde uiteindelijk tot een fikse schadevergoeding.
Een grote doorbraak in de bekendheid van Jansen & Janssen was de publicatie van het Van Traa-rapport op internet. Dit verslag van het onderzoek naar opsporingsmethoden door de politie werd door de overheid op papier en CD-rom uitgebracht voor de prijs van 999 gulden. Deze hoge prijzen waren zeer discutabel, omdat een parlementair onderzoek net als alle notulen van de Tweede Kamer openbare informatie is en dus vrij toegankelijk moet zijn. Jansen & Janssen kraakte de CD-rom en zette het hele rapport voor iedereen raadpleegbaar op internet. In de jaren tachtig ondersteunde Jansen & Janssen het openbaar maken van geheime informatie die bijvoorbeeld door inbraken bij politie of militaire objecten (door Onkruit) vrijkwam. In zekere zin was deze actie daar een logisch gevolg op.
Het publiceren van kritiek op opsporingsinstanties gaat niet altijd even makkelijk. Hoewel Jansen & Janssen steeds vaker geraadpleegd wordt door de gevestigde media, en medewerkers artikelen slijten aan week- en vakbladen, kan het soms heel raar lopen voordat een onderwerp wordt opgepikt. Neem de omwegen die een stuk over Europol heeft gemaakt. Vlak voor de Eurotop in 1997 kreeg Jansen & Janssen via een WOB-procedure (Wet Openbaarheid Bestuur) een aantal documenten in handen. Daaruit bleek dat deze Europese politiemacht zoveel bevoegdheden zou krijgen dat de basis voor een tweede IRT-affaire gelegd leek. Een achtergrondartikel met commentaar van deskundigen was aan de straatstenen nog niet te slijten. Dag- en weekbladen vonden het muggenzifterij en juridische haarkloverij. Uiteindelijk werd het stuk in december van dat jaar gepubliceerd in PolitieMagazine, want de Nederlandse politie heeft ook zo haar bedenkingen tegen Eurocops. Zo sluit je soms de vreemdste coalities.
Een half jaar later werd het stuk, iets ingekort, letterlijk overgenomen door de vakbond van de Koninklijke Marechaussee met als auteur er bij vermeld de hoofdredacteur van het bondsblad. Een kwestie van plagiaat dus. Maar het mooiste komt nog. Begin dit jaar - dus bijna twee jaar nadat het geschreven was - heeft de Amsterdamse politievakbond het (met toestemming) nog een keer gepubliceerd. En nu maakte de Telegraaf er nota bene het openingsartikel op de voorpagina van: Eurocops mogen alles! (Natuurlijk zonder vermelding van de auteur.) Niet alleen werd dat overgenomen door Het Parool en Trouw, de minister werd in de Tweede Kamer om uitleg gevraagd. En in het Algemeen PolitieBlad verscheen een repliek van de hoogst verantwoordelijke ambtenaar van het Ministerie van Justitie, die probeerde de kritiek op Europol te bagatelliseren.
Buro Jansen & Janssen legt zich nu toe op het maken van dossiers om kritische achtergrondinformatie te verspreiden. Naast een tweede brochure over Europol verscheen begin dit jaar het Dossier Peperspray om de discussie over de invoering van dit nieuwe politiewapen aan te jagen. In diezelfde serie verschijnen binnenkort het Europees Asielbeleid in 2000, een dossier over cryptografie ('versleutelingsprogramma's' om veilig te kunnen communiceren via de computer en telefoon), een dossier over camera's, maar ook een handleiding voor activisten. Samen met anderen wordt gewerkt aan deel twee van de Muren hebben Oren, een boekje over afluisteren.
Gedegen onderzoek en niet het klakkeloos reageren op de waan van de dag zijn belangrijke uitgangspunten; liever onafhankelijk op een no-budgetbasis dan dansend naar de pijpen van een eventueel betalende opdrachtgever. Een gemeenschappelijke noemer voor al deze activiteiten is moeilijk te geven. Misschien zit het nog het meest in de motivatie: permanent ondermijnend bezig zijn.
Eveline Lubbers
Buro Jansen & Janssen, Postbus 10591, 1001 EN Amsterdam; tel/fax 020-6123202; respub@xs4all.nl; http://www.xs4all.nl/~respub; http://www.xs4all.nl./~evel
Kader