Wie tegenwoordig een voorlichtingsavond bezoekt over de Betuwe-lijn of een
spandoek vasthoudt van Milieudefensie moet er serieus rekening mee houden
dat zijn naam in het bestand verdwijnt van het nieuwste landelijke
inlichtingenteam het Centraal Informatie en Coördinatiepunt
Infrastructurele Projecten, kortweg het CICI een broertje van de BVD. Dat
blijkt uit stukken die het journalistieke onderzoeksbureau Jansen & Janssen
via de Wet Openbaarheid Bestuur (WOB) boven tafel kreeg. CICI is de
versluierende benaming voor het politieteam, dat als belangrijkste opdracht
heeft om ‘eco-activisten’ in de gaten te houden. Bij de kamerfractie van
Groen Links maken ze zich zorgen. De opsporingsbevoegheden van de politie
zijn vastgelegd. Maar inlichtingendiensten hoeven vooraf noch achteraf
verantwoording af te leggen.
Eind vorig jaar verklaarde minister Peper nog dat er bij de BVD geen interesse
bestaat voor Milieudefensie. Maar dat ligt blijkbaar toch even anders.
Voor het ontstaan van deze ‘milieu-BVD’ moeten we even terug in de
geschiedenis. In 1995 schreven twee Nederlanders in het actieblad NN over
hun bezoek aan een milieukamp in Zuid-Wales. Het stuk ging vooral over
Non-Violent Direct Action. NN wordt niet alleen door radikalinski’s
gelezen, maar belandde ook op het bureau van de Nijmeegse politiechef Herman
Oolbekkink. Hij is hoofd van de RID, de Regionale Inlichtingen Dienst.
Agenten van deze afdeling werken zowel voor de politie (openbare orde) als
voor de BVD (staatsveiligheid). De minister heeft tot nu toe altijd
volgehouden dat gegevens van politie en BVD strikt gescheiden worden
behandeld. Maar in de praktijk is dat niet het geval (Commissie Kalsbeek,
die toeziet op de naleving van Van Traa).
Oolbekkink besloot zelf ter plekke in Engeland poolshoogte te nemen. In het
personeelsblad van de Nijmeegse politie beschrijft hij wat hij tegenkwam:
boomhutten, tunnels, vastgeketende actievoerders. Hij waarschuwde voor de
hoge kosten die het optreden tegen dergelijke acties met zich meebrengt.
‘Als het Nederlandse activisten lukt deze actievormen hier in te voeren en
ze er voldoende mensen warm voor krijgen, dan kan de politie de borst nat
maken. Wellicht is de tijd voor de politie en bestuur rijp om zich eens te
bezinnen op dit fenomeen, de actiewereld gaat ons al voor.’
De RID in Nijmegen was extra alert vanwege de aanleg van de Betuwelijn, de
verlenging van de snelweg A73 en de uitbreiding van het knooppunt
Arnhem-Nijmegen.
Pas in maart 1999 riep de Raad van Hoofdcommissarissen de korpschefs bijeen van alle regio’s waar één van de grote infrastructurele werken doorheen gaat. Politiemensen uit Engeland lieten videobeelden zien van de wilde Engelse acties. De Directie Democratische Rechtsorde van de BVD verzorgde een presentatie over Nederlandse milieuactivisten. Er werd gevreesd voor Engelse toestanden: 'De aanleg van de HSL-lijn en zeker die van de Betuwelijn is zeer omstreden. Niet alleen is er werk van actievoerders te verwachten, maar ook van de lokale bevolking.' En nu minister Netelenbos afzag van de Noordtak van de Betuwelijn wordt gevreesd voor actie. De RID signaleerde ‘een verlevendiging van de activiteiten van alle geledingen van de milieubeweging, zowel in parlementaire als in buitenparlementaire zin’.
Om de oprichting van het CICI te rechtvaardigen werd een overzicht gemaakt
van wat Nederland zoal bedreigt. Het lijstje, niet meer dan anderhalf
a-viertje met ‘evenementen’ uit 1999, geeft een verhelderend beeld van
vijanddenken van de ‘milieu-BVD’. Het lijkt wel nostalgie naar de Koude
Oorlog. Toen hield de inlichtingendienst leden en vermeende sympathisanten
van de CPN (Communistische Partij Nederland) nauwlettend in de gaten. Het
gaat niet alleen om de kraakacties van Groen Front! maar bijvoorbeeld ook om
de grote openbare voorlichtingsbijeenkomsten over de gevolgen van de
Betuwelijn. De milieu-BVD heeft vooral aandacht voor protestbijeenskomsten
van Milieudefensie met zijn kraampjes, folders en treinlawaai. Over de
tunnels die Groen Front! graaft bij de kraakpanden wordt sussend opgemerkt
dat onze grondstructuur zich daar nauwelijks voor leent. Wat het CICI grote
zorgen baart, is dat de krakers bezig zijn ‘een goede relatie op te bouwen
met de lokale bevolking’. Die melding komt steeds terug. Bij
bezettingsacties in het natuurgebied Pannerden van Groen Front! staat
bijvoorbeeld ‘met sympathie van buurtbewoners’.
In Velp werd vorig jaar september door zo’n honderd omwonenden de spoorweg
bezet. De organisatie hiervan wordt ten onrechte toegeschreven aan Groen
Front!. Op de lijst staat ook de vernieling van een soort seinpost bij een
spoorwegovergang in Elst. Dat dit nooit als actie is opgeëist (de informatie
komt uit een aangifte van de NS), doet niet ter zake.
‘Het is van de gekke dat Milieudefensie als serieuze onderhandelingspartner
zitting heeft in de SER en tegelijkertijd zo in de gaten wordt gehouden’,
zegt Pieter Jansen van de Nijmeegse afdeling. ‘Het lijkt er meer op dat de
inlichtingendiensten op zoek zijn naar een nieuwe vijand, om hun
bestaansrecht veilig te stellen.'
Het Groen Front! vindt dat al deze aandacht van de autoriteiten in geen
verhouding tot de omvang van hun verzet. ‘Belachelijk dat ze zoveel moeite
doen voor ons, wat stelt het hier nou helemaal voor?’ zegt Anita, nog net
bewoner van een van de gekraakte pandjes.
Dinsdag 1 februari vroegen Milieudefensie, de stichting Natuur en Milieu en
Greenpeace minister Peper om opheldering over de activiteiten van het CICI.
Want de organisaties willen ‘geen onderwerp zijn van onderzoek door de BVD
noch politie’.
Met medewerking van Erik Timmerman